Voor zijn komende boek over monarchieën in Europa reisde Kemal Rijken naar Bulgarije voor een interview met voormalig koning Simeon II. Ook mocht hij vragen stellen voor het blad 'Vorsten'. De koning (84) is nog steeds vitaal en ziet de huidige Roemeense formule als een goed alternatief voor Bulgarije.
Kemal Rijken
Vrana is een gehucht aan de rand van de Bulgaarse hoofdstad Sofia dat wordt omringd door snelwegen en weilanden. Vlak ernaast ligt een bebost terrein met een hoog hek eromheen. Het ziet er uit als een groene oase middenin een eenvoudig landschap. Langs de grote weg richting Plovdiv, de tweede stad van het land, staat een grote poort met een houten wachtershuisje erbij in de kleuren wit, groen en rood; de kleuren van de Bulgaarse vlag. Zonder wachter, dat wel. Nu nog is het park afgesloten, maar deze zomer gaat het open voor het publiek. Midden op dit beboste terrein ligt het bekende Vrana-paleis, de residentie van voormalig koning Simeon II van Bulgarije en zijn vrouw Margareta. Ik ben hier te gast voor een exclusief interview in het kader van mijn volgende boek over monarchieën in Europa. Ook ben ik hier namens Vorsten, waarover later meer.
Het dichtbegroeide park heeft een asfalt oprijlaan, waar mijn taxichauffeur gretig gebruikt van maakt. Vogeltjes springen opzij en een enkele hond holt naar de berm. Eenmaal aangekomen groeten we het koninklijke standaard, een vierkante vlag met een kroon, gouden leeuw en opnieuw wit, groen en rood. ‘Zijne Majesteit heet u welkom,’ zegt een medewerker nadat ik ben uitgestapt. Simeon II mag dan weliswaar geen regerend vorst meer zijn, hij houdt er nog een hofhouding op na. Het lijkt daarom een beetje alsof de tijd hier heeft stilgestaan. Eenmaal binnen tref ik een hal vol hout, antiek en kunst. Ook liggen er Arabisch ogende tapijten. Bekend is dat de oud-vorst er een sterke band met het Marokkaanse koningshuis op nahoudt. Wijlen koning Hassan II was een boezemvriend. De grote deur aan het einde van de gang gaat open en daar staat hij dan: voormalig koning Simeon II van Bulgarije. We nemen plaats in zijn kantoor, waar schilderijen hangen van zijn moeder, koningin Giovanna – een telg uit de Italiaanse koninklijke familie – en vader, koning Boris III. In de Tweede Wereldoorlog stelde die zich pragmatisch op om Bulgarije zoveel mogelijk buiten schot te houden. Zo is het aan hem te danken dat circa 30.000 Joden in het land werden gered van de dood. De nazi’s wilden ook deze Joden deporteren naar de gaskamers, maar de Bulgaarse koning lag dwars met als reden dat ze nodig waren als werkkrachten. Voor zijn opstelling betaalde hij een hoge prijs: kort na een verhit bezoek aan Adolf Hitler vond Boris III op mysterieuze wijze de dood. Volgens velen hebben de nazi’s hem vergiftigd. Als kind-koning volgde Simeon hem in 1943 op.
Trots kijkt Simeon naar het portret van zijn vader, terwijl hij vertelt over zijn eigen lot. ‘Het was in 1946 dat ik uit mijn moederland moest vertrekken, samen met mijn moeder en oudere zus.’ Na de Tweede Wereldoorlog was Bulgarije ‘bevrijd’ door de Sovjets, die er een communistisch regime neerzetten. Er werd een ‘referendum’ georganiseerd en er kwam een dictatuur. Met zijn moeder en zus wist Simeon te ontkomen naar Egypte. Vervolgens kwamen ze het Spanje van Franco terecht, waar hij een opleiding kreeg en bevriend raakte met de latere koning Juan Carlos. Tijdens dit interview verblijft die nog in Abu Dhabi vanwege schandalen in eigen land. Simeon zegt hem niet te hebben opgezocht. ‘Het is niet aan mij om me over de situatie uit te laten. Wel denk ik: Juan Carlos heeft het koningschap veertig jaar lang goed vervuld. Dat mogen we niet vergeten.’ Na de val van de Berlijnse Muur werd Bulgarije een democratie en in 1996 keerde de voormalige monarch terug. ‘Het was een emotioneel moment toen ik landde op het vliegveld van Sofia en de wielen van het vliegtuig de grond raakten. Ik was eindelijk weer thuis,’ vertelt Simeon, die werd begroet door miljoenen enthousiaste Bulgaren. ‘Zo massaal had ik het niet verwacht. Overal waar we kwamen stonden mensen langs de kant.’ Het land verkeerde in de jaren negentig in slechte economische en politieke omstandigheden. En veel mensen waren op zoek naar een nationale identiteit. Hoewel Simeon er voor open stond het koningschap weer op zich te nemen – hij heeft er nooit openlijk campagne voor gevoerd – hield de Bulgaarse politieke elite hem op afstand. ‘Ik besloot in 2001 om zelf de politiek in te stappen.’
Simeon richtte een eigen politieke partij op en werd bij de parlementsverkiezingen van 2001 net niet de grootste partij. Hij ging daarom een coalitieregering aan met een kleine Turkse partij. Kort na de verkiezing aarzelde hij even over het premierschap. ‘Mijn moeder had mij altijd opgevoed om neutraal te zijn en dus boven de partijen te staan. Dat is wat een koning in een constitutionele monarchie hoort te doen. Maar nu was ik zelf een echte politieke speler geworden. Goed, zei ik, als je eenmaal je hoed in de ring gooit, dan moet je ook in de arena stappen.’ Als premier wilde hij geen salaris hebben: Simeon betaalde alle kosten uit eigen zak en bleef in Vrana wonen. ‘Mijn vrouw woonde nog in Spanje en kwam langs wanneer ze kon, maar mijn kinderen kwamen op mijn verzoek bijna niet langs. De meesten zijn woonachtig in Spanje. Ik wilde niet de indruk wekken dat ik zou werken aan een restauratie en wilde niet dat ze in beeld kwamen.’
Simeon was eenzaam, vertelt hij. Zijn dochter prinses Kalina deed hem daarom Boubou cadeau, een rode kater die hem in Vrana gezelschap hield. Hij maakte lange dagen en werd zowel in de media als het parlement bekritiseerd om zijn beleid. ‘In het parlement werd ik vaak aangevallen, meestal op de man af. Soms was het lachwekkend. Ik begaf me in een wereld die nieuw voor mij was.’ Simeon regeerde vier jaar als premier Sakskoburgotski – de Bulgaarse verbastering van zijn achternaam Saksen-Coburgh und Gotha – en wist Bulgarije de NAVO in te slepen. Ook deed hij het voorwerk voor het lidmaatschap van de Europese Unie, dat hij in 2007 werkelijkheid zag worden.
Na zijn actieve politieke leven vaarwel te hebben gezegd is Simeon het verre van rustig aan gaan doen. Hij heeft een deel van zijn paleis tot een museum laten verbouwen. ‘Er werden daar veertig jaar lang Bulgaarse films opgenomen. Toen we het eindelijk konden kopen, hebben we het helemaal opgeknapt. We hebben kunst van mijn moeder uit Spanje laten overkomen. Mijn bibliotheek en archief zijn er nu ook naar verplaatst.’ De belangstelling is groot: ‘Mensen reserveren nu al voor een bezoek.’
Met het project wil Simeon de Bulgaren laten kennismaken met hun verleden. Zelf denkt hij na over de toekomst. ‘Met bewondering kijk ik naar onze vrienden in Roemenië, prinses Margareta en haar man prins Radu. Toen mijn collega Michael I eind 2017 stierf, is zij ‘de bewaarder van de kroon’ geworden. Het land is een republiek en daarom bewaart zij de kroon voor het geval die weer nodig is.’ Deze formule zou ook een goede voor Bulgarije kunnen zijn. ‘Als ik er niet meer ben, zou mijn zoon Kyrill die positie kunnen innemen en na hem mijn kleinzoon Boris,’ aldus de 85-jarige Simeon, die van geen ophouden wil weten.
Als voormalig koning en premier kan hij nog iets voor Bulgaren betekenen. ‘Soms kan ik een goed woordje voor burgers doen en ze helpen. Buitenlandse investeerders komen ook naar mij om zich te informeren over investeren in Bulgarije.’ In buurland Roemenië is de voormalige koninklijke familie zichtbaar. Margareta en Radu reizen door het land en ontmoeten mensen. ‘Ikzelf ben nu 85 jaar en reizen kost me meer moeite, maar ook wil ik mezelf goed laten informeren voordat ik op pad ga. Sommige Bulgaren denken namelijk dat ik hun problemen kan oplossen en dat is niet altijd het geval.’ Dochter Kalina is onlangs naar Bulgarije verhuisd, maar zijn zoon en beoogd troonopvolger Kyrill blijft in Londen wonen. Hij is dat gewend, maar zet zich daar in voor zijn moeder, aldus Simeon.
In de rest van vorstelijk Europa wordt Simeon II nog steeds als volwaardig koning behandeld en ontvangen. Hij is de oudste nog levende vorst na koningin Elizabeth II. Eind maart kon hij echter niet aanwezig zijn bij de gebedsdienst ter ere van haar vorig jaar overleden man Philip. ‘Er was een conferentie waar ik niet onderuit kon. Mijn zoon Kyrill was er in Westminster Abbey namens mij.’ Simeon onderhoudt sterke banden met andere Europese vorstenhuizen, waaronder de Nederlandse. ‘Prinses Beatrix is een goede vriendin van ons. Ze kwam samen met koning Willem-Alexander en koningin Máxima naar de begrafenis van mijn oudste zoon Kardam, zeven jaar geleden. Dat geeft ons erg goed gedaan.’
In zijn jongere jaren was Simeon een fervent jager. ‘Ik ben ook wel eens op Paleis Het Loo geweest om te jagen in het kroondomein en in de polders. Koningin Beatrix drukte ons op het hart onze patronen op te rapen en mee te nemen omdat jagen bij sommigen in Nederland controversieel is.’ Simeon herinnert zich nog een jachtpartij, enkele tientallen jaren geleden. ‘Op een middag vlogen er twee eenden langs. Een van de aanwezigen schoot er eentje naar beneden. Perfect geschoten. De wind nam die eend echter mee naar de snelweg, even verderop. Daar kwam hij neer. Wij dachten: nu breek de pleuris uit. Maar dat viel reuze mee. Een automobilist stapte uit, raapte de eend op, zwaaide naar ons en ging er vandoor. Hij had een gratis eend voor het avondeten.’
Vorsten heeft een speciaal plekje in Simeons hart. ‘Vorsten vind ik een mooi magazine waar ik graag mijn medewerking aan verleen. Ook heeft mijn familie veel Nederlandse fans. Het gaat om een paar honderd mensen. Sinds mijn vrouw en ik getrouwd zijn, krijgen we gelukwensen van Nederlanders. Een paar fans sturen Vorsten soms naar mij door. Ik spreek Engels en Duits, en kan het een beetje begrijpen.’
Comments